dinsdag 15 mei 2018

De verhalen

Omdat ik maar anderhalf boek bij me had (een vliegtuigboekje dat licht en klein was en bij landing uit, en Mythos van Stephen Fry – verplichte kost als je naar Griekenland gaat, maar niet iets waar ik altijd zin in had) en omdat alle YouTube-docu’s die ik van plan was daar te kijken onbekeken bleven vanwege gebrek aan wifi, ging ik op zoek naar verhalen.
Niet door bij oude vrouwtjes en tandeloze mannetjes op het dorpsplein aan te schuiven en mijn oor te luister te leggen, maar door mijn bladwijzerbalk langs te gaan. Talloze internetpagina’s vond ik daar, met verhalen die ik had willen lezen, maar waar ik nooit de tijd voor had genomen. De eerste twee alinea’s misschien, daarna werd ik onrustig – want: internet – en surfte ik verder (gebruikt iemand de term surfen nog wel eens als het om struinen over het wereldwijde web gaat? Gebruikt iemand de term ‘wereldwijd web’ nog wel eens? Of ‘digitale snelweg’? Maar dit terzijde.) Ik maakte een bladwijzer op mijn bureaublad, vooral om mijn gemoed te sussen, want een bladwijzer betekent meestal dat ik er nooit meer naar kijk.

Maar toen belandde ik in een huis op een heuvel in Griekenland, in een kamer zonder internet waar de avonden stil waren. In de ochtend, als ik mijn laptop inplugde in de dining room, waar het nieuws uit de buitenwereld me steeds minder begon te interesseren, mijn inbox leeg bleef en elke Facebook-like als een statement begon te voelen, begon ik verhalen van internet te kopiëren naar Word-documenten. Verhalen van Alice Munroe die ik nog nooit had gelezen. De Twitter-roman van Jennifer Egan, samengebracht op de site van The New Yorker. Essays van Joan Didion. Een meer dan twintigduizend woorden tellend essay van Karl Ove Knausgard over de Vikingen in Amerika. De columns van James Worthy op de site van het Parool – jezus, wat is die jongen toch goed. En een aantal verhalen van schrijvers waar ik al een poosje nieuwsgierig naar was, zoals Roos van Rijswijk en Richard de Nooy.
Ik had tijd, ik had een leeg hoofd en ik las zoals je eigenlijk altijd zou moeten lezen. Met aandacht. Rust. En zonder oponthoud. Vooral Alice Munroe kreeg daardoor een andere stem. Een betere stem. (Joan Didion vond ik opeens niet meer te pruimen – maar dat is een ander verhaal.)
En omdat ik de lulligste niet ben, hier de links. Sla ze op onder je favorieten, en mocht je in de toekomst op een heuvel in Griekenland komen te zitten - je weet maar nooit – dan heb je wat. Ik bedoel echt wat.

-19 verhalen van Alice Munroe voor o.m. The New Yorker
-The Twitter novel van Jennifer Egan
- My Saga – een essay over vikingen in Amerika van Karl Ove Knausgard voor The New York Times
- essays van Joan Didion
- De columns van James Worthy voor Het Parool