woensdag 4 november 2015

Zeg het (niet)

Het is de week, of de dag van zeg het met een hashtag. #zeghet. Vrouwen biechten seksueel geweld op. Dat ze hebben ondergaan. Maar dat hoef ik niet uit te leggen, want dat weet inmiddels iedereen nu wel. Hoop ik. Hoogst ongemakkelijk maakt het me. Moet ik nu ook? denk ik al dagen. Moet ik mijn verhaal vertellen? Ben ik een lafbek, een spelbreker, een matennaaister als ik het niet doe? En stel dat ik er over een maand, of een jaar, of pas over vijf jaar opeens behoefte aan heb om het te vertellen, zullen ze dan niet zeggen: O, nu wil je wél? Beetje laat hè. Zullen ze niet zeggen: waar was je toen? Toen iedereen het zei? Toen we één front hadden kunnen vormen, een team. Want elke stem telt, en vele stemmen klinken luider, dat weet je.
Ja, dat weet ik. En ik vind het goed dat ze klinken, die stemmen. Maar als ik denk aan mijn eigen verhaal vertellen krijg ik buikpijn. Heel erg. Dat er een hashtag voor staat verandert daar niks aan. Iemand schreef: ‘Niemand denkt: goh, ik ga eens even lekker oprakelen wat er zoal voor viezigheid is gepasseerd in mijn leven. Niemand heeft zin om zichzelf voor het oog der natie bloot te geven over zo’n onderwerp. Dat is juist het probleem. Juist mensen zoals ik, die het taboe graag willen doorbreken, kunnen het zich niet veroorloven om te zwijgen als er eindelijk wordt geluisterd. Dus ik moet wel.’ Ook daar kreeg ik pijn in mijn buik van.
Ik wil het niet, ik wil het echt heel erg niet. En ik weet hoe dat voelt, om iets heel erg niet te willen maar het toch te moeten. Ook van jezelf.
Ik doe het niet. Sorry.