zondag 22 maart 2015

Eitjes

Het is vrijdagmiddag in de Dirk. Voorbij de kassa’s wordt ik aangesproken door een oudere vrouw met een geruite tas op wieltjes. Een pluk van haar haar staat recht omhoog, alsof ze net wakker is. Ze kijkt me aan en zegt: ‘Weet u wanneer het Pasen is?’
‘Maandag en dinsdag, geloof ik,’ zeg ik, en besef ter plekke dat ik er niks van weet. Sinds wanneer valt Pasen op een dinsdag? Ik verbeter mezelf: ‘Zondag en maandag.’
Ik weet het niet zeker, ik vermoed het alleen maar. Ik heb geen verstand van dit soort zaken. Pasen, Pinksteren, Koninginnedag, meestal is het gewoon opeens zo ver.
‘Dan al?’ De vrouw fronst en tuurt langs de kassa’s de winkel in. ‘Maar ik zie nog niks.’
‘O, er ligt van alles,’ zeg ik, en opeens weet ik het zeker. ‘Heel veel soorten eitjes.’
‘Ja, eitjes.’ Ze zwijgt even. Dan mompelt ze: ‘Dan maar geen takken.’
Ik loop verder. ‘Dank u wel!’ hoor ik haar nog zeggen.
Achter de sigarettencounter staat een verkoopster met haar armen over elkaar geslagen. Ze kijkt me een paar tellen misprijzend aan, dan gaat ze door met het uitpakken van een slof Marlboro.