zondag 17 augustus 2014

Pollepel

Ik zag een documentaire over een Amish-gezin. Ze oogden heel schattig. De vrouw droeg Holly Hobbie-jurken, de man bretels en een strooien hoed. De kinderen waren mini-uitvoeringen van hun ouders. Ze spraken een vreemd, onverstaanbaar taaltje, waren heel knuffelig en lachten de hele tijd.
Soms waren de kinderen ondeugend, dat was hun slechte natuur die nog niet uitgeroeid was. De moeder liet de pollepel zien die ze in die gevallen hanteerde. Op de pollepel was een lachend gezichtje getekend. ‘Omdat ze blij zijn als ze straf hebben gehad.’
Maar de man had twijfels gekregen over zijn geloof. De Amish-wetten schreven voor dat je geen auto mocht rijden en geen telefoon mocht hebben, maar ook hoe je je baard moest scheren en hoe breed de band om je hoed moest zijn. ‘Ze vermengen religie met cultuur, and that is wrong,’ zei de man. Hij was iets gaan doen dat streng verboden was, hij was de Bijbel gaan lezen in het Engels. De Amish-bijbel was geschreven in een variant op het Hoog-Duits, en alleen de leiders van de kerk begrepen echt wat er stond. Nu de man de Bijbel in het Engels las, ontdekte hij dingen die hij nooit had geweten. Zoals dat naaktheid zondig is.
Hij besloot naar de Bijbel te gaan leven, en niet langer naar de regels van de Amish-kerk. Zijn vrouw volgde, want dat is wat vrouwen doen. Toen de kerk er lucht van kreeg, werd de man verstoten. Hij begon zelf bijeenkomsten te organiseren in een grote tent, en omdat er meerdere waren zoals hij, liep de tent al snel vol. Hij kreeg volgelingen en zegde zijn baan op om fulltime voor God te gaan werken.

Toen werd zijn dochtertje ziek. Leukemie. Gelukkig had het gezin net een filmploeg over de vloer die met de auto was gekomen, en konden ze een lift krijgen naar het ziekenhuis, want met paard en rijtuig was het toch wel een heel eind. Helaas was alleen de ziektekostenverzekering die ze bij de Amish-kerk hadden gehad ontbonden, en hadden ze geen inkomsten. Hun huis hadden ze vlak daarvoor verkocht, en het geld geschonken aan een familie die in nood zat. Maar de man maakte zich geen zorgen, God zou voor hem zou zorgen.

Twee jaar later zocht de filmploeg het gezin opnieuw op. De vrouw droeg nog steeds enkellange rokken en een knotje, de man was mager geworden, maar bepaalde zelf hoe hij zijn baard schoor. Het gezin leefde niet meer volgens de regels van het Amish-geloof, maar volgens de Bijbel, die steeds meer op een Enkhuizer Almanak begon te lijken. Toen er bij de buren schimmel op de muren stond, werd het huis met de grond gelijk gemaakt, de resten werden verbrand. ‘Ik heb opgezocht wat de Bijbel erover zei,’ zei de man. ‘Als je schimmel in je huis hebt, moet je de ramen de deuren sluiten en tien dagen wegblijven. Als de schimmel er bij terugkomst nog zit moet je het huis in brand steken.’
Ook had hij doorgekregen dat het Gods wil was dat zijn dochter geen chemo meer zou krijgen.
‘Zijn de nieuwe regels niet net zo streng als de regels van de Amish?’ vroeg de documentairemaker. De man dacht even na. ‘Dit zijn geen regels. Dit is het leven.’

Na afloop van de documentaire zag ik een filmpje waarin een man met een baard zich boog over de vraag of orale seks haram of halal was. Kort samengevat luidde zijn antwoord dat er niks over orale seks in de Koran stond.
Maar dat is weer een heel ander verhaal.