maandag 1 april 2013

Trein

Ik zag weer een documentaire. Ditmaal over een stel indiefolkbands waaronder Mumford & Sons en Edward Sharpe and the Magnetic Zero’s (van dat gezellige Ikea-nummer Home), die samen een treinreis maakten. De reis voerde langs Amerikaanse steden, waar werd opgetreden op festivals, maar dat was niet het hoofddoel van de reis. Het doel was de reis. In elke wagon gebeurde wel iets, er werd gejamd, er werden nummers geschreven. Er was bewondering, verwantschap. Intussen trokken buiten steden, bergen en woestijnen voorbij. Het zag er allemaal ontzettend gezellig uit. Als iets waar je bij wilde horen.

Ik probeerde het te vertalen naar schrijvers, hoe het zou zijn om met een grote groep collega’s in een trein door Europa zou reizen, iedereen werkend aan verhalen of gedichten. Ik kon zo een aantal schrijvers bedenken met wie ik dat heel erg geweldig leuk en gezellig zou vinden.
Maar toen sloeg het beeld om. Ik zag voor me hoe er tot diep in de nacht zou worden gedronken en geschreeuwd, terwijl ik alleen maar wilde slapen. Hoe ik na de eerste slapeloze nacht een migraineaanval van heb ik jou daar zou krijgen, en hoe er dan in die hele trein geen stil plekje te vinden zou zijn. Ik zag voor me hoe de anderen groepjes vormden en ik werd buitengesloten. Ik zag hoe er projecten werden gesmeed waar ik niet voor werd gevraagd. En al die tijd zou ik geen letter schrijven. Behalve in mijn dagboek waarin ik tot in de kleinste details zou noteren hoe eenzaam en ellendig ik me voelde. En daar kon ik moeilijk uit gaan voor lezen op al die literaire festivals die we aandeden.

De documentaire Big Easy Express is nog te zien op Holland Doc.