woensdag 20 maart 2013

Stroop

Mijn oma zou die ochtend op bezoek komen en mijn moeder had stroopwafels op een schaal in de kamer gelegd. Ik was die dag twee geworden en had nog nooit zoiets moois gezien als het ruitpatroon op een stroopwafel. Ik stak mijn hand uit, wilde het aanraken. Op dat moment kreeg ik een tik op mijn vingers van mijn moeder. Ik begreep er niks van.

In mijn gedachten is dit mijn eerste herinnering. Herinneringen zijn onbetrouwbare dingen, ze veranderen constant van vorm, dus dat zal voor deze herinnering ook wel gelden. Misschien is het niet eens een herinnering. Feit is dat ik een foto bezit van mezelf op mijn tweede verjaardag. Op de achtergrond, naast de cadeautjes die ik had gekregen, waaronder een zitje voor op de fiets, is nog net een stukje van een schaal stroopwafels zichtbaar.

Mijn zusje en ik haalden vroeger na schooltijd vaak stroopwafels bij de Vivo. Dan kwam mijn zusje naar mijn kamer, of ik ging naar haar kamer, we telden de benodigde dubbeltjes en kwartjes uit en dan sprong zij op de fiets naar het winkelcentrum. Ik bleef zitten wachten tot ze terug was, en dat wachten duurde heel lang. Ik zat op de rand van mijn bed en probeerde aan andere dingen te denken, zodat de tijd sneller zou gaan, maar dat lukte nooit.
Ze kwam terug met twee zakjes stroopwafels, een voor haar en een voor mij, die we allebei op onze eigen kamer op aten. Het hele pak achter elkaar. Ik heb haar nooit een stroopwafel zien eten, ook niet als ik onverwacht haar kamerdeur opendeed. We mochten niet snoepen thuis.
Tegen de tijd dat we aan tafel gingen was ik een beetje misselijk, en ik vermoed zij ook, maar we aten stug ons bord leeg.
Regelmatig kwam het voor dat mijn moeder de lege verpakking van de stroopwafels in mijn prullenbak vond en op mijn bureau legde met een briefje erbij waarop iets stond als: Zo raak je die dikke kont nooit kwijt. Mijn moeder had een afkeer van dikke mensen.
Voor zover ik wist is mijn zusje nooit betrapt, maar mijn zusje was dun, dat maakte misschien het verschil.