woensdag 25 januari 2012

Slipje

Iris durfde alles. Ze durfde lippenstiften te pikken bij de Hema, brutale dingen te zeggen tegen leraren en ze deed dingen met jongens in de bosjes waarvan ik het bestaan niet eens vermoedde. Ik durfde niks, maar verkeerde graag in haar gezelschap. Als haar ouders niet thuis waren belden we mensen uit de telefoongids. Mensen die Slettenhaar heetten of Pijper. Die vroegen erom, volgens Iris. Ik las het telefoonnummer voor en zij draaide het. Dan holde ik snel de kamer uit, waarna ik haar met een keurige stem hoorde zeggen: ‘Dag mevrouw, is uw man ook thuis?’
Meestal zei zo’n vrouw nee, want het was midden op de dag. Dan zei Iris met die rare, deftige stem: ‘O, wat jammer. Kunt u anders tegen hem zeggen dat ik mijn slipje in zijn auto heb laten liggen?’ Daarna gooide ze snel de hoorn erop.
Ik stond op de gang te luisteren, met gekruiste benen om te voorkomen dat ik in mijn broek zou pissen. Ik durfde er niet bij te blijven, uit angst dat ik heel hard zou moeten lachen, en ook een beetje omdat ik bang was dat de vrouw aan de andere kant van de lijn wist dat ik het was. Dat ze vlak voordat Iris zou ophangen zou zeggen: ‘Wacht eens even..?’ En dan zou bulderen: 'MARIEKE GROEN, als ik het niet dacht!'