vrijdag 15 januari 2010

Silversmile

Mijn ouders hadden allebei een slecht gebit, wat ze zo zonde vonden dat ze er alles aan wilde doen om te voorkomen dat wij ook een slecht gebit kregen. We mochten nooit snoepen, moesten vier keer per dag onze tanden poetsen en kregen elke morgen fluortabletjes bij het ontbijt. Als we tot ons achttiende geen gaatjes hadden zouden we honderd gulden krijgen (wat ik jammerlijk ben misgelopen omdat ik op mijn zeventiende het huis uit ging). Toen de tandarts opperde dat we wel wat orthodontische hulp konden gebruiken, aarzelden mijn ouders geen moment en we kregen alledrie een beugel. Mijn broer en zus omdat ze langdurig hadden geduimd, ik om ruimte te maken voor verstandkiezen. Ik had een te kleine mondholte – of te grote tanden, het is maar hoe je het bekijkt, en om te voorkomen dat mijn tanden zouden gaan zigzaggen door mijn mond, werden er onder en boven kiezen getrokken, vier in totaal.

Ik was niet bang toen het gebeurde, ik vond het eigenlijk wel een beetje stoer: het was toch een soort operatie. Maar toen ik na afloop met verdoofde wangen naar buiten liep werd het opeens zwart voor mijn ogen en zakte ik op de stoep van de tandarts in elkaar.

Toen de gaten waren geheeld moest ik gips happen en een paar weken later kreeg ik mijn beugel. Op elke tand en kies werd een plaatje gelijmd, waar en ijzeren draadje doorheen ging, en om mijn achterste kiezen werden metalen ringen geschoven waaraan elastiekjes werden gehaakt die mijn onderkaak met mijn bovenkaak verbonden. Ik kreeg ook een buitenboordbeugel die ik ’s nachts moest dragen. Het was een enorme drukte in mijn mond. Ik had nooit last van mijn beugel, behalve als ik net bij de beugeltandarts was geweest. Dan draaide hij met een tangetje aan de ijzeren ringetjes om het draadje strakker om mijn tanden te trekken. De eerste uren voelde je daar niks van, maar dan opeens trok de pijn op. Het was zo pijnlijk dat ik alleen nog maar kon zuigen op mijn eten. Als ik met mijn tong mijn tanden aanraakte ging ik al door het plafond.
Op school werd ik Miss Silversmile genoemd, hoewel ik niet de enige was met een beugel.
`Als je beugel er eindelijk af mag voelt het alsof je stompjes in je mond hebt,’ zei een jongen in mijn klas, die net verlost was van de zijne.

Na anderhalf jaar plaatjes, elastiekjes, en een buitenboordbeugel werd de boel eindelijk uit mijn mond gesloopt. Ik kan het gevoel dat ik daarna had nog steeds voor de geest halen. Het voelde alsof ik stompjes had.