maandag 25 oktober 2010

Brief

Er lag al weken een brief op de trap gericht aan de heer Ta?
Zo stond het er: de heer Ta?
De heer Ta? had blijkbaar ooit op mijn adres gewoond, of mijn adres ergens opgegeven, of degene die het adres had getypt had het verkeerd getypt. In de zeven jaar dat ik hier woon is er nooit eerder post geweest voor de heer Ta?

Ik liet de brief op de trap liggen, tussen de post voor vorige bewoners. Intussen ging ik in gedachten de namen af van de buren links en rechts van me. Er zat geen Ta tussen - niet met en niet zonder ?

Het zou toch niet aan de poes zijn gericht?

Mijn poes heet Ta-miaut, maar omdat niemand dat kan onthouden, laat staan uitspreken, noem ik haar meestal Ta. Ik noem haar ook Doerelie, Moepsie Doerewitsch en Mooitje Poep, maar dat kan niemand weten, want dat doe ik alleen als er geen mensen in de buurt zijn.

Ik bekeek de envelop. Hij was wit en neutraal, zonder afzender. Had ik niet onlangs meegedaan aan een prijsvraag waarmee ik mooie dingen voor de poes kon winnen? Had ik daarvoor niet haar naam moeten opgeven, en zou het kunnen dat degene die het adres op deze brief had getypt na 'Ta' niet meer wist hoe het verder moest en er daarom maar een vraagteken achter had gezet? Ik bevoelde en envelop. Het was duidelijk dat er geen kattensnoepjes of pluche muizen inzaten. Misschien was het een waardebon.

Ik keek naar de datum op de poststempel.
4 oktober.
Dat gaf de doorslag. Ik maakte de envelop open.

Beste heer Ta?
Via deze brief nodigen we je uit om opnieuw deel te namen aan de jaarlijkse Chlamydia Screening in Amsterdam.

O, zei ik hardop, en legde de brief onmiddellijk weg. Toen pakte ik hem weer op en las de eerste regel nog eens.

Om opnieuw deel te nemen.

De brief was geschreven door de GGD, die blijkbaar vond dat de heer Ta? wel weer eens een chlamydiatest mocht gaan doen. Misschien deden er geruchten over hem de ronde. Of hadden ze bij de GGD besloten een mailing rond te sturen aan de grootste, bij hen geregistreerde risicogroep.

Wat zou er gebeuren nu de heer Ta? zijn brief niet ontving? Zou hij in al zijn onwetendheid doorgaan met het besmetten van onschuldige meisjes? Meisjes die ooit misschien kinderen wilden, maar ze dan niet meer konden krijgen, omdat de heer Ta? ze met chlamydia had besmet?

Misschien moest ik proberen het adres van de heer Ta? te achterhalen zodat ik de informatie aan hem kon doorspelen, want het leek me belangrijke informatie.
Maar als de GGD al vraagtekens bij zijn naam plaatste, hoe zou ik hem dan ooit kunnen achterhalen? Bovendien, wat zou ik hem moeten vertellen als ik hem had opgespoord? 'Luister, ik ken je verder niet, maar je kunt je maar beter weer eens laten testen op chlamydia.'

Ik heb het er dus maar bij gelaten.
Hopelijk blijven de gevolgen te overzien.