dinsdag 21 september 2010

Brad Pitt

Ik las een boekje van Gerard van Emmerik, een obscure uitgave van een novelle getiteld Amsterdamse impressies. De hoofdpersoon heeft het over Brad Pitt, die in een interview vertelt dat hij eens een zomer bij een vriendin op de Brouwersgracht in Amsterdam doorbracht. ‘My bicycle’s propably still there, locked up to the bridge,’ zegt Pitt in dat interview.
De hoofdpersoon voegt eraan toe: ‘Destijd was ik direct na de uitzending op onderzoek uitgegaan, en inderdaad, tegenover nummer 220, stang en voorwiel met een roestig slot vastgeklonken aan de brugleuning, stond een klein model herenfiets, stoffig, onder de duivendrek, trappers en voorlamp gesloopt.’

Het deed me denken aan een voorval van bijna twintig jaar geleden. Ik sprak een meisje dat beweerde dat Brad Pitt een appartement had op het Karthuizerplantsoen. Zij kon het weten, want ze werkte voor de makelaar die dat appartement voor hem had geregeld. ‘Hij staat gewoon in het telefoonboek,’ zei ze, 'onder de P van Pitt.

Ik geloofde er niks van. Maar pakte er thuis toch de telefoongids bij.
En daar stond hij: B. Pitt, Karthuizerplantsoen.
Ik bleef er een paar seconden naar staan staren. Toen pakte ik de telefoon op en toetste het nummer in.
Hij ging drie keer over. Ik wachtte tot er een antwoordapparaat aan zou springen. Maar dat gebeurde niet. Er klonk een klik, en toen een mannenstem: ‘Yes?’
Ik verstijfde.
‘Who is this?’ zei de man.
Ik zei nog steeds niks, en was ook opgehouden met ademen. Toen hoorde ik een luid gevloek, en werd de verbinding verbroken.

Ik heb het nooit aan het meisje durven vertellen.